- air travel as a noun:
- 1
air travel
noun
1 air travel
Travel via aircraft:
— Air travel involves too much waiting in airports.
Dutch: aviatiek, luchtvaart, luchtvaartverkeer, luchtverkeer, vliegerij, vliegtuigbouw, vliegverkeer
debug info: 0.0153
noun
Travel via aircraft:
— Air travel involves too much waiting in airports.
Dutch: aviatiek, luchtvaart, luchtvaartverkeer, luchtverkeer, vliegerij, vliegtuigbouw, vliegverkeer
debug info: 0.0153